Wie bestuurt Veenendaal? Dat was de vraag die maandagavond centraal stond in een ingelaste raadsvergadering. De aanleiding was een brief van het college waarin zij aankondigden dit jaar geen kadernota te schrijven, maar de plannen voor de jaren 2021 en verder pas in het najaar te bespreken. Vreemd als je bedenkt dat de gemeenteraad zijn eigen agenda bepaalt en bovendien ook alle uitgaven van de gemeente moet goedkeuren. Reden genoeg voor GroenLinks, Lokaal Veenendaal, CDA, Denk, PvdA en SP om een extra raadsvergadering te vragen om het college hierover aan de tand te voelen.

De partijen die om een extra vergadering hadden gevraagd waren onaangenaam verrast door de brief van het college. Die wekte de indruk dat het college van plan was de kaarten tegen de borst te houden tot het najaar. Voor de Corona-crisis uitbrak, leek het al moeilijk om een sluitende begroting te maken voor volgend jaar en verder, en dat zal nog veel ingewikkelder zijn geworden. Dat betekent dat er politieke keuzes moeten worden gemaakt over waar we wel en waar we niet mee door kunnen gaan. Die keuzes moeten in het openbaar, in de gemeenteraad gemaakt worden. 

Het college liet in de brief weten op 5 november de begroting te willen bespreken. Tien dagen voordat de definitieve versie bij de provincie moet worden ingeleverd. Dat is te weinig tijd om door de raad gewenste wijzigingen door te voeren. GroenLinks en de andere oppositiepartijen voelden er weinig voor in het najaar met een stikken of slikken begroting te worden geconfronteerd. 

Tijdens het debat bleek dat de coalitiepartijen niet zo zwaar tilden aan hun verantwoordelijkheid. Zij riepen op vertrouwen te hebben in het college en rustig af te wachten waarmee het college zou komen. GroenLinks is van mening dat van de gemeenteraad wel wat meer nieuwsgierigheid mag worden verwacht. 

De wethouder kon tijdens de vergadering de twijfel over wat er nu moet gebeuren en hoe hij de raad betrekt in het opstellen van de begroting niet wegnemen. 

Een motie waarin Lokaal Veenendaal, SP, PvdA, Denk en GroenLinks hun afkeuring van de gang van zaken lieten blijken haalde geen meerderheid.