Half september dit jaar informeerde wethouder Van Soest (CU) de raad dat de pot voor 2012 van het Participatiebudget (in augustus al) leeg is. Zat er begin dit jaar nog 7 miljoen in deze pot, driekwart jaar later, noppes! Uit het Participatiebudget, wordt vooral de re-integratieondersteuning betaald. En juist die re-integratieondersteuning is een groot grijs gebied, waar GroenLinks al maanden om verantwoording vraagt van dit college van b&w.
Vooral in tijden van crisis, waarin mensen moeilijk aan het werk komen, is het belangrijk om alleen die trajecten in te zetten die leiden tot werk of een andere vorm van maatschappelijke deelname. Het wordt steeds duidelijker dat dit college niet weet waar het geld blijft!
Vanaf februari dit jaar bestookt GroenLinks het college met vragen over de behaalde resultaten van de ingezette re-integratietrajecten. Deze trajecten én de bureaus die deze trajecten verzorgen kosten bakken met geld, dan willen wij ook weten of de clienten uit de WWB waar voor het geld krijgen. Na maandenlang om de 'hete brij' heen gedraaid te hebben, zoals: "de algemene cijfers kunt u krijgen, transparantie, diepgaande onderzoeken", 'kwam de aap uit de mouw' bij wethouder Van Soest. Er wordt namelijk helemaal niet bijgehouden of deze trajecten wel of niet zinvol en succesvol zijn! En er kan de raad niet gemeld worden of de gelden doelmatig worden besteed, want dat wordt namelijk niet bijgehouden! Een graaicultuur, uit een spaarpot, juist voor de mensen die dit nodig hebben, om aan het werk te kunnen komen.
Daarnaast werd ook duidelijk dat regelmatig hetzelfde traject ingezet wordt voor WWB-ers. GroenLinks vindt dat dit demotiverend werkt voor de werkzoekenden en ook geld over de balk smijten is. De gelden voor de re-integratieondersteuning zijn bedoeld om mensen deel te laten nemen aan het arbeidsproces en moeten vooral zinvol besteed worden.
Tijdens de komende raadsvergadering komt GroenLinks met een motie waarin het college opgedragen wordt om de re-integratieondersteuning te monitoren.
Zie ook: Wet werken naar vermogen