In 2015 besloot de gemeenteraad voortaan ook precariorechten te heffen voor leidingen en kabels onder de grond. Precariorechten zijn een gemeentelijke belasting die wordt geheven op het gebruik van de openbare ruimte. Zoals het uitstallen van op straat van je waren als winkelier of het hebben van een terras op straat. Een gemeente kan ook precariorechten heffen op de zaken die onder de grond liggen, zoals kabels en leidingen. Veel gemeenten besloten dat te doen tot de minister van binnenlandse zaken er in 2017 een einde aan maakte. Gemeenten die nog geen belasting hieven mochten die niet instellen, gemeenten die dat al deden mochten dat tot uiterlijk 2022 doen.
Daar ging het in Veenendaal fout, hoewel de raad in 2015 al had besloten om de belasting in te stellen, was dat besluit in 2017 nog niet in het staatsblad gepubliceerd, iets dat wel verplicht is voor gemeentelijke belastingen. Dat zou echter zijn hersteld, en de verantwoordelijke wethouder hield de raad voor dat dat voldoende was om de belastinginkomsten toch zeker te stellen.
Stedin, de beheerder van de stroomvoorziening in deze regio, was dat echter niet met hem eens en begon een rechtszaak. De rechtbank gaf hen gelijk, de gemeente stelde een hoger beroep in en kreeg van het gerechtshof weer gelijk. Stedin zette ook de laatste stap en vroeg de hoge raad om oordeel over de rechtsgang tot dan toe, dat heet cassatie. De hoge raad gaf Stedin gelijk en stelde dat er geen rechtsgrond was om de belasting te heffen, en Stedin kon de betaalde belasting terugvragen.
Op aandringen van de accountant had de gemeente de precario-inkomsten ongebruikt op een aparte rekening laten staan, dus er hoeft niet extra bezuinigd te worden om Stedin te kunnen terugbetalen, dat laat onverlet dat de gemeente het geld goed had kunnen gebruiken. Een flink deel was gereserveerd om de hoogspanningsleidingen, die nog steeds boven Veenendaal hangen, onder de grond te kunnen stoppen en wat over was, zou worden gebruikt voor het sociaal domein.
Wat vooral pijnlijk is, is dat een aantoonbare fout van de gemeente ervoor heeft gezorgd dat de belasting niet ge-ind kan worden. In het interpellatie-debat bleek dat de wethouder wel zijn excuses wilde aanbieden voor de fout maar zich niet politiek verantwoordelijk voelde. Daarom diende de gehele oppositie (GroenLinks, CDA, Lokaal Veenendaal, Denk, SP en Pvda) een motie van wantrouwen in tegen wethouder Verloop. Het is ondenkbaar dat een onder de verantwoordelijkheid van een wethouder een fout van 9 miljoen wordt gemaakt zonder dat dat poltieke consequenties heeft.
De coalitiepartijen (CU, VVD, SGP en ProVeenendaal) vonden het echter een foutje dat iedereen had kunnen overkomen en stemden tegen de motie.